In deze rubriek neemt Jaap Goedegebuure ons mee op een sentimentele reis langs zijn boekenkasten. Als hem bij een bepaalde titel een herinnering of een anekdote te binnen schiet, deelt hij die met ons.
Open City
‘Toeval bestaat niet’, zegt het cliché. Het komt de mensen gemakkelijk uit de mond, maar als je ze vraagt of ze misschien geloven in hogere machten of kosmische voorzienigheid geven ze niet thuis. Laat ik het er maar op houden dat het toeval wel degelijk bestaat en fraaie anekdotes oplevert. Zoals deze.
In het voorjaar van 2018 besloot mijn geliefde tot een schrijfverblijf van drie maanden in New York. Halverwege zocht ik haar op. Ze had een boek voor me gereed gelegd dat ik beslist moest lezen, Open City van de Amerikaans-Nigeriaanse auteur Teju Cole, net als ik een gedreven flaneur wanneer het op de eerste of de hernieuwde kennismaking met een wereldstad aankomt. Niets is mooier dan op de bonnefooi rond dwalen, je laten leiden door – jawel – het toeval.
Na een paar dagen nam mijn geliefde me mee naar een jazzclub in de buurt, de befaamde Village Vanguard. Voor de deur wachtte een rij liefhebbers om te worden binnengelaten.  Twee meter voor ons stond een jonge man die me vaag bekend voorkwam. Had ik zijn foto pas niet gezien? Op dat moment stootte mijn geliefde me aan en siste: ‘Dat is Teju Cole!’ ‘Wat leuk,’ zei ik, ‘ga naar hem toe en zeg hem dat je al een paar keer met veel waardering  over hem geschreven hebt.’ ‘Nee, dat kan echt niet!’
De deur van de Village Vanguard ging open en gedwee schuifelden we met de rij mee om een plaats toegewezen te krijgen. Zonder dat we het erop aangestuurd hadden, kwamen we stijf naast de schrijver te zitten. Toen vond ik dat ik niet langer mijn mond kon houden. Ik draaide me naar links en zei met een variant op de beroemde quote van Stanley: ‘Mr Cole, I presume?’ Dat was het begin van een meer dan genoeglijke avond.
Jaap Goedegebuure