De UB Leiden, die ook de collectie van de MdNL beheert, heeft een unieke editie uit 1690 verworven van ’t Vermaecklijck Steeck-boeckjen, Waer in de Secreten des Herten van Jonghmans en Dochters te lesen’. Deze zeer bijzondere uitgave kon worden aangekocht met steun van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde en de Vrienden van de Universiteitsbibliotheek Leiden. Het steekboekje is een amoureus gezelschapsspel voor twee of meer jonge stellen, waarbij met een speld in de snede van het boekje werd geprikt, zodat het op een willekeurige pagina openviel. Op de bladzijde die door de speld werd aangewezen, troffen de jongelieden scabreuze, humoristische gedichtjes die – onder grote hilariteit – hardop werden voorgedragen. Het steekboekje is slechts één van de weinige exemplaren dat de tand des tijds heeft doorstaan, hoewel het tot de bestsellers van de zeventiende eeuw mag worden gerekend.
Het steekboekje – geschreven door de Friese dichter Jan Jansz Starter (1593-1626) – was niet bedoeld om simpelweg te lezen maar was een geliefd tijdverdrijf bij feestdagen, bruiloften en andere vrolijke bijeenkomsten. Op de bladzijde die door de speld werd aangewezen, troffen de jongelieden een vers voor de man en een vers voor de vrouw, waarin hun ‘hart’, hun karakter werd omschreven en een bijpassende voorstelling in houtsnede. Deze scabreuze, humoristische gedichtjes werden hardop voorgedragen door de deelnemende stellen. De speld in de snede van het boek, betekende dus ook een steek in het hart van het jonge koppel, waarbij de ziel van de jonge geliefden werd blootgelegd.
Het verworven steekboekje maakt deel uit van een almanakje in miniatuurformaat. Deze zakagenda voor het jaar 1690 – gebonden in een zwart leren bandje van ezels- of paardenleer (segrijn) met zilveren sloten – bevat behalve de gebruikelijke jaarkalender ook vier ‘bijwerkjes’, waarvan het steekboekje het meest bijzondere is. Almanakken werden in enorme oplagen gedrukt en vonden hun weg naar tienduizenden gebruikers in de Lage Landen. Kopers konden hun almanakje naar believen laten uitbreiden met bijwerk, soms praktisch van aard, zoals een naamlijst van de schutterij, soms bedoeld ter lering, zoals een kroniekje, maar vaker nog ter vermaak.
Hoewel de titelpagina geen uitgever vermeldt (het boekje is gedrukt ‘Voor de nieuwsgierige’), leidt het geen twijfel dat het steekboekje is gedrukt door de Amsterdamse boekdrukker en uitgever Gillis Joosten Saeghman (1619-1704), die het als bijwerk toevoegde aan Zaagmans Almanach na de nieuwe en oudestijl voor het jaar 1690. Het was het populaire segment van de boekenmarkt, met almanakken, reisboekjes, volksromans, liedblaadjes en ander populair drukwerk, waarop de Amsterdammer zich volledig had toegelegd. Voor zijn uitgave van het Vermaecklijck Steeck-boeckjen maaktse Saeghman een selectie van de versjes uit het werk van Starter en voegde daar oude houtsneden aan toe. De eerste druk van Starters Openhertighe herten was nog versierd met fraaie gravures naar Jan van den Velde waarop het hart symbool staat voor de liefde. Maar van de verfijnde gravures uit 1620 restte in de tijd van Saeghman niet meer dan hergebruikte versleten houtblokjes, die helemaal niet voor dit steekboekje bedoeld waren. Het zal de pret bij de jongelingen niet gedrukt hebben.